maandag 25 mei 2015

25-05; Boek III.3.16 - III.3.20

Week 20 van Lectio Calvini. Een kortere week volgens het rooster, Memorial Day. De christelijke feestdagen staan niet op het rooster, ik snap de gedachte er niet helemaal achter...

Hoe meer iemand zich erop toelegt om te leven in overeenstemming met de Wet, des te duidelijker geeft hij tekenen van bekering. Wat wel opvalt is dat in de Bijbel vaak wordt aangedrongen op de innerlijke bekering, de reiniging en zuiverheid van hart, náást de uiterlijke kenmerken. Er zijn ook uiterlijk oefeningen om ons in bedwang te houden, deze vloeien voort uit de wraak in de bekering beschreven in III.3.15, wie God gerechtigheid voelt gaat niet pralen en zoeken naar genoegen, maar zoekt verootmoediging. Dit wordt uitgewerkt tegenover de te strenge kerkleraren die teveel de nadruk op ascese ten koste van innerlijke bekering legden.

Bekering is niet altijd verbonden aan 'vasten en wenen', ook niet in de Bijbel, maar was vastgelegd voor bepaalde gelegenheden. Een aangeklaagde in vroegere tijden probeert medelijden te wekken bij de rechter door te vasten en te wenen en met gescheurde kleren te voorschijn te treden. Zo zou het ook beter zijn vandaag de dag(niet alleen in Calvijns tijd, ik maak de toepassing maar even direct) om bij een groot dreigend onheil door predikanten de nadruk op vasten weer te leggen, zonder hier de hoofdzaak van te maken. Desondanks moet er iets in het leven vromen door soberheid en ingetogenheid iets van vasten aan de dag treden.

Maar deze boetedoening en schuldbelijdenis moet niet worden gelijkgesteld met de bekering, het is een veroordeling van onszelf om het oordeel God voor te zijn. Persoonlijke schuldbelijdenis van zonden past wel iedereen. Zuchtend en wenend wordt zo de geestelijke luiheid verdreven, maar waar we het hier over hebben is een berouw voor mensen die door de duivel van de Godsvrucht waren weggerukt of diep waren gevallen. Dit betekent desondanks niet dat de rest achterover kan leunen.

Het Evangelie heeft dan twee hoofddelen, bekering en vergeving van zonden. Zo hebben Christus, Johannes de Doper en de apostelen gepreekt. Bekeer u, want de mens is zondig, en het koninkrijk der hemelen, dat is de vergeving van zonden.

Maar, het is niet dat het haten van de zonde een voorwaarde is, of dat alleen de zuchtende en wenende zondaar het Evangelie te horen krijgt. Als God het Evangelie aanbiedt, moet er ook altijd bekering zijn van de kant van de mens. De mens moet zich hier altijd voor inspannen, heel zijn leven zal in het teken staan van de strijd tegen het vlees. Als je echt haat jegens de zonde heb, moet je wel. Want niemand krijgt een afkeer van de zonde zonder eerst gegrepen te zijn door de liefde voor de gerechtigheid.

Morgen lezen we boek III.3.21 - III.3.25

Lees deze en andere posts terug op lectiocalvini.blogspot.com

Geen opmerkingen:

Een reactie posten