Het laatste beetje boek III. Calvijn rond het leerstuk van de opstanding af en heeft het over het eeuwige leven.
[9] Desondanks de opstanding een weldaad van Christus is, is er een opstanding tot leven en een opstanding tot oordeel. Of die zullen er zijn. Dat hoeft ons niet te verbazen, God laat ook Zijn zon opgaan over goede en slechte mensen. In die zin kan dit ook de veroordeelden aangerekend worden. Ook is de opstanding van de goddelozen een bijzaak.
[10] De eeuwige gelukzaligheid is het doel van de opstanding. Het is de toestand waar we nu en hier alleen maar een onvolkomen beeld van kunnen geven. Al het spreken is een voorproefje om ons ernaar te laten verlangen. We moeten voor ogen houden dat God het goede ten volle in Zich bevat en daarom moeten we ook niks buiten Hem zoeken. We moeten het overdenken, maar niet teveel pretenderen te weten. Anders gaan we vragen zonder nut stellen of speculeren.
Er is op aarde en in de hemel een verdeling in meer en minder van het schijnen van Gods licht over Zijn heiligen.
[11] Oriënteren op de Schrift voorkomt het overschrijden van de gestelde grenzen voor onze vragen. Calvijn wil dan ook niet anderen voeden door op hun vragen in te gaan. Calvijn wil niks hebben van Thomas van Aquino die de indeling en afstanden tussen de heiligen wil weten. Ook vindt Calvijn het genieten van de nieuwe schepping genoeg nut, de Aquinaat wil het nut weten van een nieuwe aarde die de heiligen niet nodig hebben. Het is genieten in plaats van gebruiken. Calvijn verwacht dat ieder gebrek in de schepping ophoudt, in zekere zin dus ook het roesten van metaal. De zegen van het nageslacht komt tot voltooiing en wordt niet doorgezet. WE moeten niet vergeten dat we door een spiegel kijken, als je dat vergeet kan je wel blijven discussiëren als je teveel wilt weten. Het is belangrijker hoe je naar de hemel gaat, dan hoe het er precies uitziet en in elkaar zit.
[12] Het oordeel is zwaarder dan dat er staat. Het zijn zinnebeelden. We kunnen ons een geringe voorstelling maken, maar het is voornamelijk bedoelt om aan te geven hoe het is om van gemeenschap met God verstoten te zijn en Gods majesteit benauwend te ervaren.
Morgen lezen we de eerste vier paragrafen van boek IV.
Lees deze en andere posts terug op lectiocalvini.blogspot.com
Geen opmerkingen:
Een reactie posten