[13] De voorstanders van de Roomse kerk beweren dat de Kerk wordt bestuurd door Gods Geest en dat daarom alles wat ze ook maar zegt moet worden gezien als Gods uitspraken. De Kerk kan immers niet dwalen. Calvijn vindt ook dat de Kerk niet kan dwalen in zaken die nodig zijn voor onze zaligheid. MAar dan juist omdat ze afziet van eigen wijsheid en zich door het Woord en dus door de Geest hierin laat leiden. De Roomsen leggen het gezag buiten het Woord, de reformatoren leggen het gezag vast aan het Woord en willen niet dat het daarvan losgemaakt wordt. De Kerk moet niet meer willen weten dan Christus heeft gesproken, we moeten niet meer van de Heilige Geest verwachten dan dat Hij ons verstand verlicht om te begrijpen dat de leer van Jezus waarheid is. Met Chrysostomus wantrouwt Calvijn alles wat mensen naast het Evangelie stellen en onder de naam Geest schuiven. De Geest is met een onlosmaakbare band verbonden aan het Woord.
[14] De tegenstanders beroepen zich op dat de discipelen nog veel moesten leren van de Geest(!oh. 16:12). Daardoor moest de Schrift aangevuld worden. Alsof de discipelen nog steeds onnozel waren toen ze de leer op schrift stelden. Maar dan nog is het vervuld in de geschriften van de apostelen.
[15] Mensen moeten zich schikken naar de uitspraken van de Kerk voor zover deze overeen stemt met het Woord. Mensen mogen geen nieuwe leren erbij verzinnen, dat zou ook gevaarlijk zijn.
[16] Enkele voorbeelden om de Roomse praktijk te ondersteunen weerspreekt Calvijn. De kinderdoop is deels op het besluit van de Kerk, maar niet alleen, dat zou wel heel miserabel zijn.
Het eenswezen zijn met van de Zoon met de Vader staat niet letterlijk in de Bijbel, maar is wel bedoeld in de Bijbel zodat de leeruitspraak niet afhankelijk is van een uitspraak van het Concilie van Nicea. Het is ook gefundeerd in het Woord.
[1] Alles wat Calvijns tegenstanders over de Kerk zeggen wordt direct op concilies toegepast als vertegenwoordiging van de Kerk. Calvijn lijkt onbuigzaam om concilies te erkennen, maar dit ligt anders. Calvijn respecteert concilies, maar in zoverre ze worden voorgezeten door Christus in de beraadslaging door Woord en Geest. Ten tweede is Calvijn ervan overtuigd dat de concilies zijn zaak steunen, desondanks hij dus minder aan concilies hecht dan zijn tegenstanders.
[2] Desondanks het meer over kleinere bijeenkomsten gaat, ligt de Bijbelse basis voor concilies in Matth. 18:20(Waar twee of drie in Mijn naam bij elkaar zijn...). Het laat ook zien dat een concilie pas een concilie is als deze vergaderd in Christus' Naam. Mensen die buiten het woord om zelf dingen verzinnen zijn ongetwijfeld niet in Christus' Naam vergaderd en vallen niet onder de belofte, ze spannen tegen Christus samen. De tekst is dus een kenmerk voor een waar en een vals concilie.
[3] In de Bijbel wordt ook vaak gesproken dat de Kerk blind is en dingen niet ziet aankomen, zoals in Jesaja. Priesters en profeten spreken leugens, sterker nog, God verblindt soms priesters en profeten. Dit is voornamelijk te lezen in de profetische Bijbelboeken.
Morgen lezen we boek IV.9.4 - IV.9.11
Lees deze en andere posts terug op lectiocalvini.blogspot.com
Geen opmerkingen:
Een reactie posten