woensdag 28 oktober 2015

28-10; Boek IV.14.16 - IV.14.20

[16] Christus is de eigenlijke inhoud en betekenis van de Sacramenten. Ze ontlenen hun bestaan aan Hem, en hebben in zichzelf geen belofte of kunnen ook niet in zichzelf een oorzaak van gerechtigheid zijn, zoals Petrus Lombardus leert. Als we de Sacramenten met geloof aannemen, versterkt en vermeerdert het ons geloof en kunnen we Jezus nog meer aanvaarden. Desondanks kunnen goddelozen het Sacrament niet waardeloos maken als ze het ontvangen, de kracht of waarde van he Sacrament ligt niet in de persoon die het ontvangt, maar in de aanbieding van God. Je moet dus niet teveel aan het aardse teken blijven hangen, water, brood en wijn, maar aan de andere kant ook weer niet dingen daaraan gaan toekennen die Jezus Zelf toekomt.

[17] Sacramenten bieden, net als het Woord, Jezus met alle schatten van genade in Hem aan en leveren allebei iets op als ze in geloof worden aangenomen. We moeten ons door mooie uitspraken van kerkvaders niet laten verleiden om te denken dat er een soort verborgen kracht aan de Sacramenten is gekoppeld. De Sacramenten leveren ons iets op als de Heilige Geest ons hart opent. Sacramenten zijn van onze kant te zien als bodes met goed nieuws. Ze verwijzen naar God de Geest die de gaven meeneemt en ervoor zorg dat de bediening van de Sacramenten niet vruchteloos en tevergeefs is. Deze twee dingen zijn te onderscheiden. Zo staat alles in de juiste verhouding en komen we van het idee af dat de kracht van de Heilige Geest in de bestanddelen van de Sacramenten ligt opgesloten. God werkt door middel van de Sacramenten.

[18]Het woord sacrament wordt in het algemeen gebruikt voor een teken dat God heeft gegeven tot zekerheid of vertrouwen in de waarheid van Gods beloften. Je hebt natuurlijke tekens en wonderen als tekens. Natuurlijke tekens zijn de boom in het paradijs en de regenboog bij Noach. Door het Woord van God erbij zijn ze iets nieuws geworden, vergelijkbaar met een stuk zilver dat tot een munt wordt gevormd en daardoor nieuwe en meer waarde krijgt. Wondertekens zijn de vuuroven bij Abraham, het vachtje van Gideon en de zonnewijzer bij Hizkia.

[19] Nu wil Calvijn het hebben over de sacramenten die God aan de Kerk heeft gegeven als de gewone(volgens mij is een beter woord: gebruikelijke) middelen om gevoed te worden in geloof en dat geloof te belijden. God heeft de christenen verzameld in een zichtbaar teken, er kan moeilijk een godsdienst bestaan zonder zichtbaar teken. Nu is het teken van het christendom een ceremonie. Vanuit God is deze ceremonieën getuigenis van Zijn genade, van onze kant een belijdenis van onze trouw en gehoorzaamheid aan God. God wil door de Sacramenten in de eerste plaats Zijn volk voeden, opwekken en versterken, in de tweede plaats wil God door de Sacramenten Zijn volk bij de mensen getuigenis geven van hun geloof.

[20] In de verschillende tijden en bedelingen heeft God altijd Sacramenten gegeven, Aan Abraham de besnijdenis, aan het joodse volk de ceremoniën en offers. Deze zijn bij de komst van Christus vervangen door Doop en Avondmaal, Calvijn zou handoplegging door dienaren niet direct ontkennen als Sacrament, waar hij later op terug komt. Oude Sacramenten hadden hetzelfde doel, te wijzen op Christus, eerst als een voorafschaduwing, later als duidelijk getuigenis.

Morgen lezen we boek IV.14.21 - IV.14.26

Lees deze en andere posts terug op lectiocalvini.blogspot.com

Geen opmerkingen:

Een reactie posten